Toerekenen

Het belangrijkste doel van dit onderzoek is om meer te weten te komen over de wijze waarop het advies over toerekenen tot stand komt. Pro Justitia rapporteurs geven advies aan de rechter over het al dan niet toerekenen van het tenlastegelegde aan een verdachte. En – als er sprake is van verminderde toerekeningsvatbaarheid - in welke mate.

Daarbij kijken rapporteurs naar een eventuele psychische stoornis en het verband tussen stoornis en tenlastegelegde. Bij een verband tussen stoornis en tenlastegelegde kan het advies van de pro Justitia rapporteur reden zijn voor de rechter om een verdachte ontoerekenbaar te verklaren. Er kan dan geen straf worden opgelegd (wel een maatregel).

Het advies kan ook een reden zijn om een verdachte verminderd toerekeningsvatbaar te verklaren. Er kan dan een lagere straf worden opgelegd, al dan niet in combinatie met een maatregel of een behandeling in een voorwaardelijk kader.

Huidig wetenschappelijk onderzoek

In dit onderzoek werkt het NIFP samen met de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Er zullen verschillende dataverzamelingen plaatsvinden, waarbij rekening wordt gehouden met de gestelde privacywaarborgen. Zo worden verschillende dossierstudies uitgevoerd, waarbij pro Justitia rapportages worden bestudeerd. Ook wordt gepubliceerde jurisprudentie verzameld en geanalyseerd en zal er een vignettenstudie opgezet worden.

Het onderzoek naar de verminderde toerekeningsvatbaarheid in het Nederlandse strafrechtssysteem wordt vanuit empirisch perspectief gedaan, maar ook vanuit juridisch, dogmatisch, epistemologisch en rechtsvergelijkend perspectief. Dit onderzoek betreft een promotietraject.

Wie en wanneer

Onderzoekers: Lucia Mebius (NIFP en RUG, promovenda), Michiel van der Wolf (RUG, promotor), Merel Prinsen (NIFP, co-promotor) en Maaike Kempes (NIFP, promotor).

Periode: 2022-2026

Bekijk hieronder de publicaties

Mebius, L. A.Prinsen, M. M.Kempes, M. M., & Wolf, M. J. F. (2023). Maar hoe verminderd toerekeningsvatbaar bent u dan precies? Een empirische en juridische studie van de mogelijkheid om de ‘verminderde toerekeningsvatbaarheid’ nader te preciseren. Boom Strafblad4(5), 216–225. https://doi.org/10.5553/BSb/266669012023004005005

Mebius, L. A.Prinsen, M. M.Kempes, M. M., & Wolf, M. J. F. (2023b). Minder gradaties, minder problemen? Hoe gaan psychiaters en psychologen die rapporteren in strafzaken om met verminderde toerekeningsvatbaarheid? Expertise en Recht6, 187–197. https://www.uitgeverijparis.nl/nl/reader/213444/1001715651